Vrijdag, later in de middag. Ik snel met stoïcijnse blik achter de winkelwagen langs de al enigszins geplunderde schappen in de supermarkt. Heb ik keurig m’n boodschappenlijst voor de hele week ingevuld, laat ik ‘m thuis liggen, hoezo druk…. Gelukkig heb ik een fotografisch geheugen. De aanbiedingen, 4 halen 3 betalen, mmm, kan niet echt bederven, wel handig met zo’n gezin waar alles en iedereen binnenvalt en mee eet. Bij de kassa aangekomen vraagt een man achter mij of ik manager ben van een weeshuis? Hoezo? zeg ik verdwaasd. Dit is voor een hele week meneer… Ik krijg een aha-erlebnis, dit heb ik eerder gehoord toen mijn moeder vroeger ook achter zulke karren liep.

Thuis aangekomen blijken de voorraadkast en koelkast toch meer gevuld dan ik dacht. Manlief: “Ol, we hádden nog twee zakjes buffelmozzarella”. “O ja? Maar ze waren in de aanbieding en in de nieuwe koelkast blijven ze zo lang goed. Ja, ik weet het, ook nog een extra krop sla, blijft zo lang knapperig in die nieuwe groentezones.” Als iedereen eens wist hoeveel tijd en geld je bespaart door een nieuwe koelkast aan te schaffen. Je hoeft echt nog maar één keer per week boodschappen te doen! Waarom weet de consument dit eigenlijk niet? Mijn man kijkt geërgerd naar onze extra brede koelkast, tot de nok gevuld: ”Ik hoop wel dat andere mensen wat minder genetisch materiaal hebben meegekregen van hun moeder die voor de hongerwinter inkocht…”

Mijn man haat overdaad en weggooien, ik eigenlijk ook. Mijn blik dwaalt af naar onze woonkamer, waar de keuken middenin staat. Ik zie strakke, minimalistische (keuken) meubels, afgewisseld door klassiekers met een eigen verhaal. Bij de inrichting van ons nieuwe huis heb ik me erg laten leiden door duurzaamheid, tijdloos design opnieuw laten bekleden. Het hoort m’n leven lang bij me, het zegt iets over me. Ik wil geen meubels of voorwerpen meer kopen die uit de mode raken. Niks meer weggooien.

De woorden van de ontwerper Borek Sipek in dit nummer gonzen door m’n hoofd: “Al mijn objecten moeten wezens zijn, meeleven als een partner, iets dat je niet zomaar weggooit.” Ze zijn me op het lijf geschreven, net zoals ‘genieten met stijl’. Ik doe niets liever. Als ik dit principe nou ook zou toepassen op mijn wekelijkse inkopen en mijn pubers niet zo vaak verschillende vreetbuien erop nahouden, dan kan ik eindelijk eens volledig afrekenen met de wegwerpmaatschappij. Nou ja, afrekenen… het levert eerder wat op!

Olga Kuiper